Nederlands Tijdschrift voor Natuurkunde

Sonnenborgh en de Utrechtse zonnefysica

Ets van de sterrenwacht op Sonnenborgh circa 1860, gepubliceerd in J.J.F. Wap, De Stad Utrecht, Utrecht: Broese (1860).

NTvN 90-0

Het julinummer is uit!

Dutch Open Telescope baanbrekend in zonnebeelden

Mozaïekbeeld van een vlekkengroep aan de rand van de zon.

Vorige Volgende

Artikel

Sonnenborgh en de Utrechtse zonnefysica

Gepubliceerd: 1 July 2024 14:13

Zelden bleek een naam profetischer dan in het geval van het Utrechtse bolwerk Sonnenborgh. Dit zestiende-eeuwse verdedigingswerk aan de buitenrand van de oude binnenstad zou uitgroeien tot een van de belangrijkste centra in de wereld voor het zonneonderzoek. Die opmerkelijke ontwikkeling is te danken aan vier wetenschappers: Christophorus Buys Ballot, die hier een sterrenwacht vestigde, zijn leerling Willem Henri Julius die in het nabije fysische laboratorium een traditie startte van metingen aan het zonnespectrum, Marcel Minnaert die met zijn komst naar Sonnenborgh deze onderzoekslijn meenam en uitbouwde, en Kees de Jager die zich zou ontwikkelen tot een van de leidende onderzoekers op het gebied van de zonnefysica.

Auteur: Frans van Lunteren

Sonnenborgh
Het bolwerk Sonnenborgh is halverwege de zestiende eeuw aangelegd door de Utrechtse bouwmeester Willem van Noort, samen met drie vergelijkbare bastions. Van Noort volgde in zijn ontwerp het oud-Italiaanse stelsel, waarbij de stadsrand onderbroken wordt door betrekkelijk kleine, op aanzienlijke afstand van elkaar gelegen bolwerken. Gevochten is er nauwelijks, hooguit door beschonken bezoekers. In 1587 werden de eigenaars van twee op het bolwerk gesitueerde panden door de vroedschap gemaand te stoppen met het dobbelspel en het tappen van bier. Kort na de oprichting van de Utrechtse universiteit in 1636 kreeg het terrein een meer verheffende bestemming in de vorm van een botanische tuin die hoogleraar Henricus Regius ten behoeve van het geneeskundeonderwijs aanlegde. Daar bleef het niet bij. In 1695 werd in de kazematten van het bolwerk een chemisch laboratorium geopend, eveneens met het oog op de geneeskunde. Zowel tuin als laboratorium waren geen lang leven beschoren. In de jaren 1720 werd de tuin verplaatst naar de Lange Nieuwstraat en het laboratorium gesloten. Daarmee verloor het bolwerk tijdelijk zijn wetenschappelijke functie.

Lees het volledige artikel in het julinummer of klik hier.